Het Domaine du Bas is een dorpje op zich en leent zich in die zin uitstekend voor gebruik door meerdere personen. Deze foto stamt uit 2009, toen we hier kwamen wonen. Inmiddels (2011) zijn we ons woonhuis, het witte boerderijtje op de foto, ingrijpend aan het verbouwen. Het vooraanzicht is echter nauwelijks veranderd, op de kleur van de luiken na en een badkamerraampje, dat in het dak is geplaatst.
Helemaal links op de bovenste foto staat de ‘manège’, een enorme overkapte schuur waar de paarden hun onderdak vinden. Dat moesten ze de winter van 2010/2011 overigens delen met een stuk of veertig kalveren van een boer, die door een uitslaande brand zijn stallen kwijtraakte.
Als je de overzichtsfoto verder bekijkt, zie je voor het woonhuis een klein gebouwtje, het ‘Maison d’écrivain’. Het wordt ons volgende bouwproject (zomer 2012), waarbij het golfplaten dak vervangen gaat worden door Bourgondische dakpannen en het interieur geschikt gemaakt als gîte voor twee tot vier personen. We hebben het idee dat het een prachtige locatie is voor een schrijver, die in alle rust z’n werk wil doen in een inspirerende omgeving. Maar het is natuurlijk ook gewoon fijn om er gasten te kunnen herbergen.
Op dit moment is er een douche en een W.C. in het maison d’écrivain, zodat kamperende gasten daar terecht kunnen.
Het gebouw rechts van het woonhuis op de overzichtsfoto draagt de voorlopige naam ‘Grand gîte’. Het bestaat beneden uit drie grote ruimtes, die ooit stallen zijn geweest.
De bovenverdieping heeft een eigen ingang, die zich aan het pad dat langs het domaine loopt, bevindt. Het bestaat uit twee reusachtige ruimtes, waar makkelijk nog een verdieping in zou passen. Het zou een riante woonruimte zijn voor twee personen. De voorkant, waar je hierboven tegenaan kijkt, ligt op het zuiden. Het behoort dus tot de mogelijkheid, via ramen aan de achterkant, licht uit het noorden te krijgen, voor een eventueel atelier.
We gaan hier zo uitvoerig op in, omdat we met de gedachte spelen, ons domaine met meer mensen te bewonen. Hoewel we het met z’n tweeën wel rooien, zijn er hier allerlei puntjes op de i te zetten, waar we waarschijnlijk niet of slechts mondjesmaat aan toe zullen komen. Te denken valt daarbij aan het uitbouwen en ontwikkelen van de ervaringsweken, het efficiënter benutten van moes- en kruidentuin door inmaak en kruidenoliën, de ontwikkeling van het erf, dat wat ons betreft in een bloemenzee mag veranderen, het in kaart brengen en benutten van eetbare wilde planten, paddenstoelen en bloemen op het domaine, een kunstzinnige ’touch’ in het geheel, het ontwerpen en maken van zadeltassen, ten behoeve van de grotere wandelingen met minipaardjes…En de lijst valt eindeloos uit te breiden, geheel naar ieders persoonlijke voorkeur en capaciteiten.
Naast een aanvulling te zijn, zou een meerdere bewoning van het Domaine du Bas ook kunnen leiden tot opvolging. Met een leeftijd van 56 en 64 jaar zijn wij op het moment dat we dit schrijven (2011) nog uitermate fit, maar het ligt in de aard der verwachting dat dit gaat veranderen. Zonder overhaast te werk te willen gaan, zijn wij op zoek naar jongere, ondernemende vrouwen, die zich op deze plek een plaatsje willen veroveren. Het woord veroveren slaat overigens niet op een concurrentiestrijd met ons, maar op het feit dat de Grand gîte, hoewel dak en muren in orde zijn, nog een total make-over behoeft, wil hij bewoond kunnen worden.
Aan de rechterkant van bovenstaande foto zie je de schaduw van een gebouw, dat net als de grand gîte is opgebouwd van stenen uit een steengroeve, die op ons eigen terrein ligt. Ook dit gebouw is enorm. Zo enorm, dat we over het uitbaten ervan nog niet hebben durven denken. Beneden leiden grote openslaande deuren naar een ruimte, die door Bjorna, vanwege de sfeer die er hangt, de ‘mystieke ruimte’ wordt genoemd. We parkeren er onze auto en trekker. Voorts is er een stalling, die uitkomt op ongeveer een hectare land, waar we de paarden die niet in de kudde kunnen, hebben staan. Een andere voormalige stal dient als gereedschapswerkplaats. De bovenverdieping wordt nog niet benut.
Resten er van het Domaine du Bas nog verscheidene afdakken. Eén staat er op het land, aan de rand van een stuk bos waar zich een reusachtige dassenburcht bevindt. Het dient een kort gedeelte van de zomer tot afdak voor de paarden, maar kan de rest van de tijd gebruikt worden door kampeerders, die, mochten ze de pech hebben dat het weer niet meezit, er comfortabeler dan in een tent kunnen koken en vertoeven. Het afdak zal voor dit doel worden aangepast.
Een ander afdak staat bekend onder de naam ‘Gîte en suite’, een plek waar je vlak boven de paarden kunt slapen, die gebruikt kan worden in onze ervaringsweken met paarden, maar ook door passanten, die met hun paard een trektocht door de Morvan maken.
Een klein afdakje bevindt zich aan de noordkant van het woonhuis. In de zomer zit je daar tot een uur of negen heerlijk in de avondzon en dit is dan ook de plek waar we vaak het avondeten nuttigen.
En dan – het kan niet op! – nog twee grote afdakken. We gebruiken ze voor houtopslag en stalling van materiaal.
Het hoge land
Bij het Domaine du Bas horen 17Ha weide- en boslandschap. Wij onderscheiden het hoge en het lage land. Op het lage land staan de paarden en is de reusachtige moestuin. Het hoge land wordt gehooid, zodat de paarden in de winter ook te eten hebben. Op het hoge land kan ook gekampeerd worden, zij het dat het geen echte camping is, in de zin van allerlei voorzieningen. Het voordeel is, dat je er na de hooitijd je eigen plekje kunt zoeken, zodat je je alleen en midden in de volle natuur waant. Daar staat tegenover dat je voor water en een douche naar ‘beneden’ moet, toch vlug al een kilometertje lopen. In de buurt van de kampeerplek is een biologische W.C. Met het oog op andere kampeerders willen we graag dat deze ook voor het bestemde doel gebruikt wordt.
Door het hele lage land en de bijbehorende bossen, stroomt een beek. We hoeven dus nooit water aan te slepen voor de paarden. De keerzijde is, dat de beek het nodige onderhoud vergt. In de herfst moet hij worden gehekkeld, dat wil zeggen dat er met een hark organisch materiaal uit gesleept wordt, opdat hij niet dichtgroeit en een deel van het lage land onder water zet. Het hekkelen is overigens een zeer bevredigend karwei, waar we gelukkig absoluut niet mee zitten.
Onze bossen en bossages beslaan een paar hectares van ons land. Naast het feit dat ze ecologische schatkamers zijn, waarin we talloze sporen van groter en kleiner wild aantreffen, dienen ze voor onze houtvoorziening. In het winterseizoen trekken we er regelmatig op uit om met de motorzaag dode bomen weg te halen, of bomen die de groei van anderen in de weg staan. Kortom: we zorgen ervoor dat er genoeg blijft groeien voor later en voor volgende generaties. Het beheren van dit domaine leidt er bijna automatisch toe, dat we rekening houden met het leven dat na ons komt.